Snel zoeken:
18b De canon van de Bijbel (2)

Over de canon van de Bijbel is nog niet alles gezegd. In de Bijbel vinden we namelijk boeken genoemd die niet als Schrift zijn opgenomen. Hoe zit het daarmee
We spreken dan van VERLORENGEGANE BOEKEN. Dat zijn
“Het boek van de oorlogen des Heren” Nm 21:14
“het boek des Oprechten” Jz 10:13; 2 Sm 1:18
“het boek der geschiedenissen van Salomo” 1 Kr 11:41
“de geschiedenis van de ziener Samuël” 1 Kr 29:29
“de geschiedenis van de profeet Nathan” 1 Kr 29:29
“de geschiedenis van de ziener Gad” 1 Kr 29:29
“de geschiedenis van de profeet Nathan” 2 Kr 9:29
“de profetie van de Siloniet Ahia” 2 Kr 9:29
“de gezichten van de ziener Jedo” 2 Kr 9:29
Deze boeken zijn niet VERLOREN GEGAAN, maar God heeft het niet
nodig geacht dat ze bewaard bleven en in de Schrift werden opgenomen.

Naast deze boeken kennen we ook nog de APOCRIEFE BOEKEN. Het
woord “apocrief” betekent “verborgen”, later kreeg het de betekenis
van “onecht”. We kennen apocriefen van het OT en wel de 4 boeken van de Maccabeeën, het boek Judith, het boek Tobias en nog enkele anderen. Ze staan ook in oude Statenbijbels, maar dan als een toevoeging achterin.
We treffen ze ook aan in Roomskatholieke bijbeluitgaven en in uitgaven
van het NBG samen met de Katholieke Bijbelstichting.
Tijdens het concilie van Trente (ca 1546) heeft de Roomskatholieke kerk
zeven boeken die de protestanten als apocrief beschouwen aan de canon
van het OT toegevoegd. Bij de gezamenlijke bijbeluitgaven van
Roomskatholieke en Protestantse zijde is er een uitgave verschenen met
deze apocriefe boeken erin opgenomen. Dat berust op een compromis

Deze apocriefe boeken zijn in de protestantse kerken nooit als canoniek erkend. Deze daad van de Roomskatholieke kerk zou je eigenzinnig kunnen noemen.

Ook zijn er een groot aantal apocriefe boeken bij het N.T. Geen van
die zijn in een officiële bijbeluitgave opgenomen.
Nogmaals: toen destijds de canon (regel) van de Bijbelboeken werd vastgesteld rekende men die boeken tot de Bijbel waarvan de overtuiging van het gezag ervan in de achterliggende tijd door de Heilige Geest in de gemeenten was bewerkt. We houden ons aan die canon vast.

Toen Walter Scott op zijn sterfbed lag zei hij tegen zijn zoon: “ Geef mij h e t boek. Zijn zoon vroeg: “ Welk boek”. Scott antwoordde : “Het boek”,
er is maar één Boek, de Bijbel” Zo moet ook voor ons het unieke van de
Bijbel als een paal boven water staan.