Snel zoeken:
2300 of 2400 Israëlieten

1-Corinthiers 10:8
Betreft: 1 Ko 10: 8

Vraag:
In dit vers wordt gezegd, dat er na de valse raad van Bileam, hoererij werd gepleegd waarop God het volk oordeelde en er op één dag 2300 Israëlieten gedood werden. In Nm 25: 9 is echter sprake van 2400 gedoden. Hoe is dat met elkaar te rijmen?

Antwoord:
Er zijn verschillende oplossingen voor dit probleem:
a. We hebben met een overschrijf-fout te doen, wat bij getallen nog wel eens wil voortkomen. Getallen werden namelijk aangeduid met letters voorzien van hele kleine tekentjes. Men zou in nieuwere vertalingen de zaak natuurlijk kunnen 'gelijktrekken', maar uit eerbied voor de tekst (in dit geval die van 1 Ko 10: 8) doet men dat niet. Men zou namelijk wel eens heel eigenzinnig kunnen menen een fout te verbeteren, terwijl er een andere oplossing kan zijn.
b. Deze andere oplossing zou kunnen wezen, dat Paulus hier in 1 Ko 10 de nadruk legt op het feit, dat er op één dag 23.000 vielen. Er kunnen er dus meer gestorven zijn als de toorn van de Here Jezus langer dan één dag geduurd heeft.
c. De meest aanvaardbare oplossing is deze, dat het in beide gevallen niet precies hetzelfde betreft. In Nm 25: 4 lezen we namelijk, dat in verband met de overtreding van Israël er oversten van het volk opgehangen moesten worden. In Nm 25: 9 zouden die bij de doden ten gevolge van de plaag inbegrepen zijn, terwijl Paulus alleen de werkelijk door de plaag gedoden bedoel heeft.