Snel zoeken:
Wanneer ben je onberispelijk?

Psalmen 15
Positie in Christus Wanneer iemand echt tot bekering is gekomen en gelooft in Jezus Christus als Heer
Hb 10:14 en Heiland dan heeft God hem een nieuw schepsel gemaakt en is hij onberispelijk in het oog van God. Hij is volmaakt in Christus. Daarover heeft de Psalmist het echter niet. Deze volmaakt positie in Christus is pas in het Nieuwe Testament bekend gemaakt.

Praktijk In deze Psalm gaat het om onberispelijk zijn wat de levenspraktijk betreft.. De kenmerken van een onberispelijke wandel worden in deze psalm opgesomd en dan
in verband met het gedrag van iemand die God dient.

Antwoord op een vraag De Psalm begint met de vraag;” Here, wie mag verkeren in uw tent? Wie mag wonen op uw heilige berg? Voor David en zijn tijdgenoten was dat een belangrijke vraag. Zij dachten daarbij aan het heiligdom van God, aan de berg Sion. Wij mogen dat op ons in geestelijke zin toepassen. Wanneer kunnen wij een ongestoorde omgang met God hebben en wanneer kunnen we “gemeenschap” met Hem beleven in de Gemeente van Jezus Christus?

Wandel, werk,woord Het antwoord op bovengestelde vraag hangt volgens David af van onze wandel ofwel
vers 2 ons gedrag, van wat we doen en van wat we zeggen. Hij zegt er dit van:
- we moeten onberispelijk zijn in onze wandel;
- we moeten doen wat recht is;
- we moeten waarheid spreken in ons hart.

Onberispelijk In andere schriftplaatsen wordt in sommige vertalingen het woord “onbesproken” gebruikt. We moeten dus geen aanleiding geven tot terechte kritiek wat ons gedrag aangaat.
Daarbij komt het vooral aan op de toestand van ons hart. Wanneer de toestand van ons hart beneden de maat is kunnen we nooit onberispelijk en oprecht wandelen .

Waardoor gedreven Niets doen op grond van impulsen, ambitie, hoop op winst, angst of om geëerd te willen zijn. Hij die onberispelijk wil wezen moet zich niet door de ene en dan weer door de andere richting laten beïnvloeden. Hij moet standvastig zijn.

Wat we moeten doen David somt op: “niet lasteren met zijn tong; zijn metgezel geen kwaad doen; zijn naaste niet smaden; iemand die verwerpelijk is niet de hand boven het hoofd houden; hen eren die God vrezen. Als je tot je nadeel iets hebt afgesproken dan je woord houden; geen woekerwinst willen behalen; geen geschenk aannemen tegen een onschuldige en daardoor het recht verdraaien. Heel begrijpelijke voorschriften, maar ga er maar eens aanstaan!

Wat we moeten verwachten
Verzoeking van de boze om zo niet te handelen. Die verzoeking moeten we afslaan zoals de Heer dat deed bij de verzoeking in de woestijn.

Waar moeten we wandelen
Op rechte paden en je plicht doen.

Waar moeten we naar kijken
Naar boven: dan wandelen we oprecht of wel rechtop